10 jaar verzuimregister


De weg naar goede cijfers

In een recent verleden, de jaren vóór de komst van het verzuimregister, beschikt de overheid nog niet over een betrouwbaar instrument om relatief verzuim (‘spijbelen’) in kaart te brengen. Er is alleen de leerplichttelling – gebaseerd op de meldingen van scholen aan gemeenten – om verzuim in te schatten. Maar met name grote scholen, met leerlingen uit veel verschillende gemeenten, slagen er niet in hierover betrouwbare gegevens te leveren. Landelijke verzuimcijfers zijn daardoor onbetrouwbaar.

Om een beter beeld te krijgen van het probleem – en grip op het probleem – streeft het ministerie van OCW daarom naar een sluitende, centrale registratie. Er moet een landelijk verzuimregister komen. Pas dan kan de succesvolle bestrijding van verzuim een aanvang nemen.


Hieronder een handjevol memorabele momenten en gebeurtenissen uit de afgelopen jaren.


2006

Met het project ‘Sluitende Registratie Verzuim’ zet DUO – dan nog onder de naam IB-Groep – de eerste stap in de richting van het verzuimregister. Als het beoogde ‘centrale doorgeefluik’ begint de organisatie met de noodzakelijke technische voorbereidingen.


2008

Al vanaf augustus sluiten scholen in het voortgezet- en middelbaar beroepsonderwijs zich aan op het register. Op 15 september geeft wethouder Van Schie op het Alfa College in Groningen het officiële startsein voor het Verzuimloket.

Bij dat loket, dat onderdeel is van het zakelijk portaal van DUO, kunnen scholen hun verzuimmeldingen inkloppen, waarna de meldingen in het verzuimregister terecht komen. DUO stuurt de melding vervolgens door naar de woongemeente van de leerling in kwestie.

In de loop van het jaar voert de Inspectie van het Onderwijs controles uit om te kijken of de centrale registratie goed loopt. De eerste conclusie luidt dat het aantal meldingen is toegenomen; het verzuim in Nederland blijkt hoger dan verwacht.


2010

De eerste versie van een machine-naar-machine-koppeling gaat in de lucht. Een flinke verbetering in het proces, omdat scholen de melding alleen nog maar hoeven vast te leggen in hun eigen administratie. De melding komt dan automatisch bij DUO terecht.

Omdat nog niet alle scholen gebruikmaken van deze snelle machine-naar-machine-koppeling, blijft het verzuimloket op het zakelijk portaal gewoon in de lucht.

In hetzelfde jaar begint DUO met het leveren van maandrapportages aan gemeenten, vo-scholen en roc’s. De rapportages bieden het veld inzicht in verzuim op leerlingniveau. In volgende jaren volgen verfijningen van de rapportages conform de wensen van het veld. Ook komen er, op verzoek van OCW, in de loop van de jaren nieuwe rapportages bij als gevolg van beleidsaanscherpingen.


2015

Als bij het ministerie van OCW de behoefte aan betere managementinformatie groeit, voert DUO technische verbeteringen in het register door. Daarna biedt het meer mogelijkheden op het gebied van kwaliteit en controles.


2016

In de politiek ontstaat discussie over ‘thuiszitters’ en over het begrip ‘langdurig relatief verzuim’. In het hele land organiseert DUO circa vijftig bijeenkomsten voor zowel gemeenten als vo- en mbo-scholen, waar ruim duizend mensen uit het veld informatie halen en brengen over verzuimbeleid.


2017

Op 1 januari 2017 sluiten de scholen in het (voortgezet) speciaal onderwijs aan op het verzuimregister. Ook scholen in het (speciaal) basisonderwijs in geselecteerde gemeenten sluiten op deze datum aan. Op 1 april 2017 volgt de rest van het PO-veld. De hele sector maakt vanaf het begin gebruik van de machine-naar-machine-koppeling.


2018

Na een flink aantal beleidswijzigingen en technische verbeteringen is de verzuimregistratie inmiddels toe aan versie 9. Door toename van monitoring is de afgelopen jaren veel inzicht gekregen in het verzuimproces: hoe gebruiken ketenpartners het register, en hoe presteert het? Vanaf dit jaar ligt de focus vooral op datakwaliteit.